ALGEMEEN VERENIGINGS-STANDPUNT
(bij eventueel schade /overlast van vogels )
In het algemeen heeft de Haagse Vogelbescherming te maken met twee omstandigheden waarbij het nemen van beheersmaatregelen ten aanzien van bepaalde vogels en diersoorten aan de orde is:
– wanneer er sprake is van overlast dan wel negatieve invloed van deze soorten op andere soorten in het ecosysteem;
– wanneer sprake is van overlast/schade voor de mens.
Ten aanzien van het eerste punt vindt de Vereniging dat elke soort een eigen plaats heeft in het ecosysteem en dat in een dergelijk systeem zo min mogelijk moet worden ingegrepen. Jacht als beheersmaatregel dient in die gevallen in principe te worden uitgesloten en zal alleen na zeer zorgvuldige belangenafweging zijn te rechtvaardigen.
Indien er sprake is van overlast/schade voor de mens zal jacht als beheersmaatregel slechts dan gerechtvaardigd zijn wanneer:
a. de overlast of schade een grote omvang heeft;
b. andere beheersmaatregelen (verjagen, vangen, enz.) niet mogelijk zijn;
c. bewezen is dat jacht het enige effectieve middel is om de schade/ overlast te bestrijden;
d. jacht geen onaanvaardbare verstoring van de natuur veroorzaakt.
In de door ons beheerde vogeltuinen en -reservaten zullen wij geen jacht toestaan, tenzij jacht het enige effectieve middel is om de schade/overlast te bestrijden.
Indien jacht plaatsvindt op vogels die geen overlast veroorzaken of schade aanrichten, beschouwt de Vereniging dit als plezierjacht. Deze vorm van jacht wordt in alle gevallen afgewezen.
Jacht met Havik en Slechtvalk wordt eveneens voor toepassingen in en rond Den Haag ongewenst geacht. De Vereniging is tegen onnodig gebruik van deze beschermde vogelsoorten.
In die gevallen waarin jacht aanvaardbaar wordt geacht dient deze door beroepskrachten (bijvoorbeeld boswachters) te worden uitgeoefend.